EIS | RESULTAAT | |
1 | Vaststellen duidelijke criteria over wat een echte risico-wedstrijd is. Alleen dit mag een combi reis worden,bijvoorbeeld de uitwedstrijd tegen Feyenoord wel en die tegen AZ en Willem II niet. | Geen structurele oplossing, dit blijft volstrekt onduidelijk. Incidenteel zijn er combi-reizen vervallen, zoals RBC-NAC, De Graafschap-Twente en Willem II-Utrecht. |
2 | Terugkeer van de 10 % regeling met een maximum van 3000 kaarten, te realiseren door flexibele vakken in de stadions. Bij de Amstelcup wedstrijden moet hier in positieve zin van worden afgeweken. | KNVB komt op 29/11/'99 met een voorstel hierover richting clubs. Enkele concrete voorbeelden hiervan zijn dat: Vitesse van 900 naar 1600 plaatsen gaat. RKC teruggaat van 1000 naar 600. PSV en Feyenoord blijven staan op 1600 kaarten. Kortom het lijkt meer op een 5 % regeling. |
3 | Prijs combi's moet omlaag | Voorstel ligt bij de KNVB, staat niet op de agenda van het overleg met de clubs. |
4 |
Nagekomen eis door DAS ingediend: Schrappen stadionverbod van 6 maanden indien niet gebruik wordt gemaakt van combi vervoer. |
Niets mee gebeurd. |
5 | Verplicht overleg met supporters over wel of geen verplichte combi, zoals eerder is afgesproken (Comissie Stekelenburg) | KNVB gaat praktijk onderzoeken |
30-10-1999 Angst voor grote ongeregeldheden tijdens Anti-Combi actie in maand december
oorlogsplannen hooligans in maand december-bron telegraaf
Hooligans hebben vergevorderde plannen om in december het maatschappelijk leven in ons land volledig te ontwrichten met een grootscheepse voetbalsupportersoorlog. De KNVB en het Centraal Informatiepunt Voetbalvandalisme (CIV) in Utrecht zijn op de hoogte van de oorlogsdreiging. Aanhangers van verschillende eerste- en eredivisieclubs werken momenteel in het geheim samen om tussen 3 en 13 december onder meer autosnelwegen te blokkeren en grote publieksevenementen als schaatskampioenschappen en concerten te verstoren. Volgens ingewijden worden zelfs aanvallen op politiebureaus en gemeentehuizen overwogen. Ook staan rellen op stapel rond negen voetbalwedstrijden, onder meer in Eindhoven, Rotterdam, Leeuwarden, Enschede en Utrecht. De bedoeling is om tegelijkertijd meerdere acties op verschillende plaatsen uit te voeren. "Dan heeft de politie onvoldoende mankracht om de rellen te beteugelen", zo meldt een lid van een van de samenwerkende harde kernen. Onbeheersbaar De voetbalbond heeft gisteren in Zeist gesproken met de supportersorganisatie BOVS, die banden onderhoudt met de harde kernen.
De BOVS heeft de KNVB in een petitie gewaarschuwd om snel maatregelen te nemen teneinde 'onbeheersbare rellen te voorkomen.' "We hebben eerder geplande harde acties weten op te schorten, maar houden het niet meer in de hand als er niets tegen gebeurt", aldus BOVS-zegsman F. van den Muijsenberg. De voetbalfans eisen onder meer dat de clubs de toegangsprijzen voor de bezoekersvakken verlagen. Deze zijn nu soms twee maal duurder dan vergelijkbare plekken elders in de stadions. Bovendien willen ze dat deze vakken worden vergroot tot de door de KNVB voorgeschreven tien procent van de totale stadioncapaciteit. Ook zouden te veel duels onnodig als risicowedstrijd worden aangemerkt, waardoor supporters te vaak gebruik moeten maken van verplicht gezamenlijk vervoer. De gesprekken tussen de voetbalbond en supporters worden op 19 november voortgezet. Eisen De politie wacht vooralsnog de onderhandelingen tussen de supporters en de KNVB af. "We verwachten dat ze er wel uitkomen, de eisen van de aanhangers zijn redelijk", aldus een zegsman van het Centraal Informatiepunt Voetbalvandalisme. Op mogelijke rellen in december wil hij daarom nog niet vooruitlopen, al bevestigt hij dat ermee is gedreigd.
De Landelijke Federatie Supportersverenigingen (FSV) steunt de eisen van de harde kernen en haar zusterorganisatie BOVS, maar distantieert zich met klem van eventueel geweld. "Die dreiging is volstrekt onacceptabel. Bovendien gooien de betrokkenen hun eigen glazen in, omdat hun bewegingsvrijheid na zulke rellen nog verder wordt beperkt", aldus voorzitter R. de Boer.